De Reiderlander hoofdeling Tidde Wyneda of Tydde Wynnelde (ook Winninga), zoals hij in een document uit 1413 wordt genoemd, speelt in de jaren rondom 1413 een rol van betekenis in de strijd tussen Schieringers en Vetkopers. Tidde Wyneda staat aan de zijde van de Emder proost Hiske Abdena en de Schieringers, die omstreeks die tijd uit de kuststreek verjaagd worden. Door enkele getuigen in 1565 wordt Tidde Wyneda, door hen als Tidde Winnengha aangeduid (ook wel Winninga), verantwoordelijk gehouden voor het ontstaan van de Dollard, zoals dat bij hun ouders en voorouders al bekend is geweest. Hij zal een regent of mederegent van Reiderland zijn geweest en bezit veel land. Door de bewoners aangesproken om de dijken te repareren, antwoordt hij dat hij niet eerder 'wolde dycken, eer end voer de vloet een speetse (spies) hoghe over syn landt solde loepen'.
Uitsnede uit de kaart van Friesland, Groningen, Drenthe en Overijssel, Jacob Bos, naar Jacob van Deventer, 1558. Gravure, hoogte 493mm x 393 mm. Frisiae antiovissimae trans rhenum provinc. et adiacentium regionum nova et exacta descriptio (titel op object). Uitgever: Michele Tramezzino (vermeld op object). Datering 1540-1560. Bron: Rijksmuseum Amsterdam (aangekocht 1881). Licentie: Public Domain.
Tidde Wyneda heeft waarschijnlijk gewoond in de 'Tydwyneda borch te Wynedaham' in Reiderland. De borg wordt genoemd in een tweetal verdragen met de jaartallen 1391 en 1420 en staat dan in de buurt van de plaats waar de Tjamme en de Reider Ee samenkomen, waarschijnlijk in de omgeving van Nieuw Beerta. Deze plek wordt nog in 1620 als Winingaham aangeduid. Daarnaast heeft Tidde landbezit in de omgeving van de Punt van Reide. Volgens de overlevering brengt hij zijn nadagen door in het klooster Palmaer, waar hij als verarmde kostganger is opgenomen. Nakomelingen van Tidde Wyneda belanden vermoedelijk ook in het Oldambt.
Verwanten - In 1441 en 1454 wordt een zekere Aijlko Wijngen te Eexta bij Scheemda vermeld. Een dochter huwt volgens overleveringen de stamvader van de familie Huninga (Oostwold, Beerta, Woldendorp). Ook de familie Tiddinga wordt met Tidde's nalatenschap in verband gebracht. Volgens de kroniekschrijver Eggerik Beninga is de Dollard ontstaan doordat de Tidinge hebben nagelaten hun dijken te repareren. Andere leden van de familie Weynga wonen in Scheemda en Woldendorp.
- Het verhaal van Tidde Winnengha is verwant aan andere, typisch Nederlandse volksverhalen (zie link onder), maar is aanmerkelijk ouder dan zijn meeste tegenhangers. Een variant komt voor in de Prophecye van Jarfke uit 1597, waar de ambtman van het Wold-Oldambt, Aysso Phebekens tho Wartum, overleden in 1589, deze rol krijgt toebedeeld.
- 'Tiddo Winnenga' speelt ook de hoofdrol in een verhaal van de katholieke schrijver Johannes Josephus van der Horst uit 1854. Jacobus van Dijck (1817-1896) maakt er een ets bij. Hij vormt tevens de hoofdpersoon in een roman van de Duitse schrijver en Heimat-kenner Herbert Röhrig (1903-1977) uit Hannover. In Emden (Nedersaksen) bestaat een Tide-Winnenga-Weg naar Tidde Wyneda genoemd.
Lees verder:
Noten en bronnen:
|